Hallo, mijn naam is Rowan in 't Veen en ik heb de laatste maanden meegeholpen aan het verzinnen van de opgaven waarmee jullie hier op Gespeld oefenen. Toen ik als eerstejaarsstudent Nederlandse Taal en Cultuur in Leiden werd gevraagd om iets met werkwoordspelling te doen, schoot er -- denkende aan mijn Goed gebekt-handboek van de middelbare school -- instinctief een rilling langs mijn ruggengraat. Toch besloot ik mee te doen, vooral omdat het iets nieuws toevoegde aan mijn studie. Het zal een hoop mensen verrassen, maar je krijgt eigenlijk niet zo veel grammatica wanneer je Nederlands studeert. En wat bleek het een goede keuze! Ik heb met dit werk niet alleen anderen geholpen met leren, maar bovenal mijzelf. Toen ik aan het begin van dit alles een oefening deed, ging meteen de helft fout. Dat vond ik ietwat gênant voor een student Nederlands. Ondertussen ben ik veel bewuster bezig met werkwoordspelling en denk ik meerdere keren per dag dat een bepaalde zin zelfs interessante werkwoordspelling bevat. Misschien is dat ook wel een beetje gênant?
Je merkt het vast niet wanneer je enkel oefent, maar Gespeld telt zestien verschillende soorten werkwoordscategorieën die allemaal terug moeten komen in de opgaven van iedere week. De actualiteit was mijn inspiratiebron, dus nieuwsartikelen werden de zoekplaten waar ik iedere week niet één, maar tenminste zestien Waldo’s zou vinden.
Op zoek naar Waldo
Ik ging tekeer op de site van de NOS als een kind op een tijdschrift tijdens handvaardigheid en als de zinnen niet paste, paste ik ze aan. Zo vormde zich zoekend, knippend en plakkend iedere week weer een nieuwe reeks krantenknipsels waar jullie nu mee kunnen oefenen. Gelukkig bevatten deze -- anders dan die van een kind op de basisschool -- (meestal) geen spelfouten.
Zelf heb ik door dit werk als student-assistent geleerd minder slordig te zijn. Meerdere keren ben ik gewezen op een vergeten n bij een meervoudsvorm en ook ik kon er niet aan ontkomen op zijn tijd zelf een dt-fout te maken. Zo schreef ik voor een opdracht 'Zoiets houd je misschien nog tot laat in de nacht wakker', terwijl het onderwerp natuurlijk zoiets is en houdt hier met een t aan het einde moet. Ik moest per se een zin met je als onderwerp na de persoonsvorm verzinnen, waarbij je géén t aan de stam plakt en zo viel ik dus zelf in de val die ik voor jullie probeerde te strikken. Nu let ik beter op tijdens het schrijven en merk ik zelfs dat het spellen langzamerhand weer automatisch in één keer goed gaat. Tenminste, vaker in één keer. Het maken van deze opdrachten heeft mij erg geholpen en ik hoop dat ze jullie ook zullen helpen!