Over het taalgebruik van jongeren en de ontwikkeling hiervan kun je zo je twijfels hebben. Elma Blom, taalkundige aan de Universiteit Utrecht, denkt op basis van de resultaten van een experiment onder jongeren van 10-13 jaar, dat de kennis van de grammatica van een gemiddelde whatsapper niet slecht is. Integendeel zelfs … Lees meer op Utrecht Nieuws.
Bron: http://utrecht.nieuws.nl/onderwijswetenschap/55623/55623/
Deze maand heeft taaladviseur Roos de Bruyn van Onze Taal een uitdrukkingenquiz gemaakt. De vraag is telkens: kun je het juiste ontbrekende woord in de uitdrukking aanvullen? Onder degenen die de quiz het best maken, verloot Onze Taal drie exemplaren van ‘Dat hoor je mij niet zeggen’, een boekje met grappige taalclichés.
Bron: Onze Taal
Nederland is een nieuwe taalquiz rijker: De Tafel van Taal. Margriet van der Linden presenteert vijf weken lang elke werkdag het spelletje met prominente taalliefhebbers. Onder anderen Kim van Kooten, Astrid Kerseboom, Gerrit de Jager en Jean-Marc van Tol zijn kandidaat in de eerste week.
Bron: Zappen.blog.nl
Steeds meer asielzoekers uit Syrië en Eritrea willen snel na aankomst Nederlands leren. Kan dat ook? En hoe gaan taallessen in de opvangcentra in hun werk? Lees erover in de nieuwe editie van Onze Taal.
Bron: Onze Taal
Iedereen maakt dt-fouten, zelfs wie de regels perfect beheerst. Hoe dat komt, onderzocht populairwetenschappelijk tijdschrift Eos.
Psycholinguïst Dominiek Sandra van de Universiteit Antwerpen onderzocht waarom dt-fouten zo hardnekkig zijn. Zelfs de beste spellers maken ze wel eens, ook al gaat het om vrij gemakkelijke spellingsregels. Wanneer er in de krant, op een nieuwswebsite of in de ondertiteling van een tv-programma een spelfout wordt gemaakt, komen er dan ook al snel heel wat commentaren. ‘Omdat de regels voor het spellen van Nederlandse werkwoorden gemakkelijk zijn uit te leggen, vinden veel mensen het onaanvaardbaar dat je die regels vergeet toe te passen’, staat te lezen in Eos. Of dat het lijkt dat je ze vergeet toe te passen, want zelfs mensen die de dt-regels door en door kennen, maken er wel eens fouten op.
Bron: De Standaard
Wat is de verleden tijd van klagen? Voor de meeste sprekers van het Nederlands is er een eenduidig antwoord: klaagden. Toch staat op woordenlijst.org, de officiële woordenlijst van het Nederlands, naast de regelmatige vorm klaagden ook kloegen.
Dat kan natuurlijk een fout zijn, want helaas staan er (nog steeds) fouten op de door de Taalunie ontwikkelde site. Nu blijkt echter dat er in het Belgisch-Nederlands wel degelijk een groep mensen is die kloegen gebruikt. Dat ziet er als volgt uit.
(1) Paulien kloeg over hevige buikpijn.
(2) Hij bekloeg zich erover dat hij zo weinig rente kreeg op zijn spaarrekening.
(3) De Argentijnse procureur die onlangs de overheid aankloeg, is dood aangetroffen.
Volgens de Taalunie worden in België ‘nog vaak de sterke werkwoordsvormen kloeg(en), bekloeg(en) en aankloeg(en) gebruikt, ook door standaardtaalsprekers. Zeker in gesproken taal is dat gebruik heel gewoon. Toch is er een niet te verwaarlozen groep taalgebruikers die het gebruik van de sterke werkwoordsvormen afkeurt. Het is daarom niet duidelijk of ze tot de standaardtaal in België gerekend kunnen worden.’ Weer wat geleerd.
Natuurlijk is het mooi dat de Taalunie alle gebruikte vormen registreert, want wat juist is, is uiteindelijk toch wat de meeste mensen doen of juist vinden. Maar het is de vraag of zo’n minder geaccepteerde vorm, zoals de Taalunie zelf schrijft, thuishoort in een officiële woordenlijst, al was het alleen maar omdat taalgebruikers de lijst gebruiken om te kijken wat geaccepteerde vormen zijn.
Als de Taalunie naast een voorschrift (zo hoor je dit te schrijven) ook een overzicht (zo schrijven mensen dit daadwerkelijk) van de taal wil maken, dan is dat natuurlijk prima. Het zou dan wel verstandig zijn om over die insteek geen onduidelijkheid te laten bestaan. Wat is erop tegen om bij een woord een opmerking op te nemen waarin staat in welke regio, groep of welk tekstgenre de vorm wordt gebruikt? Zo leg je mooi vast hoe taal wordt gebruikt en geef je tevens aan wat geaccepteerde vormen in de standaardtaal zijn.
Bronnen: Taalunie, woordenlijst.org
Wie wordt de beste leraar Nederlands van 2016? Op 2 januari werd in het radioprogramma De Taalstaat de zoektocht naar de beste leraar Nederlands van 2016 geopend. Docenten uit Nederland en België kunnen zichzelf aanmelden, of aangemeld worden door bijvoorbeeld leerlingen of collega’s. Het is de derde keer dat De Taalstaat en het Genootschap Onze Taal op zoek gaan naar de beste docent Nederlands. Op 28 mei wordt de winnaar bekendgemaakt.
Bron: Onze Taal
Een groep docenten Nederlands en vakwetenschappers vindt dat het vak Nederlands op de middelbare scholen toe is aan een grondige herziening.
In het eindexamen van het vak Nederlands moeten spellen en schrijven ook worden getoetst, in plaats van alleen de leesvaardigheid. Dat vinden docenten Nederlands en vakwetenschappers van acht universiteiten. Het is een onderwerp waar al jaren over wordt gesproken, maar nu verenigen docenten en wetenschappers zich. Vrijdag presenteren zij in Groningen een manifest met stellingen voor verbeteringen.
Bron: NRC
Onze Taal publiceert elke week een prachtige collectie taalfouten. In de onderstaande ‘Taalkronkelvrijdag’-afbeelding zie je een aantal opvallende dt-fouten.
Op Copytijgers staat een afbeelding van een pagina uit de succesvolle roman ‘Geachte heer M.‘ van Herman Koch. Op de betreffende pagina wordt de onderstaande vraag gesteld:
Laten we het eens over Afrekening hebben. Uw succesvolste boek. Vind u het ook uw beste boek?
Dat moet natuurlijk ‘Vindt u het ook uw beste boek?’ zijn en zo zie je dat ook na verschillende redactieslagen weleens een spelfoutje blijft staan. Geen ramp, lijkt me, maar wel een mooie aanleiding om eens te kijken waarom je nu eigenlijk ‘vindt u’ moet schrijven in plaats van ‘vind u’.
De spellingregel die van toepassing is, is eigenlijk heel simpel: als u het onderwerp van een zin in de tegenwoordige tijd is, dan bestaat de persoonsvorm uit de stam van het werkwoord met daarachter een t: ‘u loopt‘, ‘facebookt u?’ en ‘u verhuist‘.
Het is heus niet de eerste keer dat in teksten ‘vind u’ staat. Is dat gek? Niet echt. De bovenstaande regel lijkt namelijk heel erg op de regel die op jij van toepassing is:
Is het onderwerp jij, dan noemen we dat tweede persoon en dan is de persoonsvorm de stam + t. (Zie http://www.gespeld.nl/explanation#tegenwoordig.)
Maar, en hier komt de uitzondering, als het onderwerp jij niet voor de persoonsvorm staat, maar erachter, dan bestaat de persoonsvorm uit alleen de stam, dus zonder t. Deze uitzondering geldt echter niet voor u. Het is dus ‘jij wordt piloot’ en ‘word jij piloot?’ (zonder t), maar ‘wordt u piloot?’ (met t). Nog een paar: ‘jij facebookt te veel’ en ‘facebook jij weleens?’, maar ‘facebookt u weleens?’ Wat de verwarring wellicht versterkt, is dat het werkwoord vinden zogenaamde dubbelvormen heeft: zowel vind (ik vind dat) als vindt (jij vindt dat) bestaat en ze klinken precies hetzelfde.
Bronnen: http://copytijgers.nl/vind-u/, https://onzetaal.nl/taaladvies/advies/vindt-u